22 september 2015
Zaterdag was geen gewone bootcamp. Nee, zaterdag was de stormbaan-bootcamp. Èn ik droeg mijn nieuwe kittige sportpakje. In de verte doemde de stormbaan op. Een meterslang strijdtoneel met flinke obstakels waar ik weldra overheen zou klimmen en onderdoor zou tijgeren.

Na het warmlopen sopten m’n sokken al bij iedere stap. En na wat rekken en strekken begon de strijd. Onder netten door, over houten stellages, door de rioolbuis, over gladde buizen met water eronder. Wat een feest! Hardlopen is de hel, maar laat mij klauteren en het aapje komt in me los. Na 3 keer stormbaan begint de moeheid in te slaan. Komt trainer E. doodleuk met vrachtwagenbanden aanzetten! Zie ik eruit als de ‘Sterkste Man’? Gelukkig mocht de helft van de groep naar de Monkey Bar.

Dat leek me wel iets voor mij. Hangend aan je armen van stang naar stang als een slingeraap. Eitje, dacht ik. Maar trainer E. waarschuwde voor deze zware oefening. ‘De steigerbuizen zijn iets te breed en glad door de regen, dus als je tot 3 of 4 stangen komt is het al heel wat’. Trainer E. heeft er best een beetje verstand van, dus dan zal het wel . Maar… dit deed ik als kind toch ook? In de speeltuin? En dat ging toch altijd prima? Ok, toen hoefde ik die borsten en kont nog niet mee te zeulen, maar zo erg is het toch niet met me gesteld? Wat nou 3 stangen? Ik doe die 5 meter toch gewoon even? Dus ik ging op het blok staan en reikte naar de stang. ‘Zal ik je benen vasthouden om te ondersteunen?’ vroeg trainer E. op le moment suprême. Hallo zeg, ik kan het best zelf hoor, dacht ik. ‘Mag ik het eerst even zelf proberen?’ ‘Ja hoor!’ zei trainer E. terwijl hij er vast erachteraan dacht: Tuurlijk joh, doe jij maar lekker eigenwijs. Maar ik was er klaar voor. Ik zou ze eens een poepie laten ruiken.

In gedachten hoorde ik ‘Eye of the Tiger’. Lag het aan mij of ging alles ineens in slow motion? Ik stond op mijn tenen, maakte een klein sprongetje en hing aan de eerste stang. Ging soepeltjes door naar de tweede. En de derde en de vierde. Zo, het poepie is inmiddels wel geroken, dacht ik. Nu maak ik het af ook. Om me heen hoorde ik de meiden juichen. ‘Kijk nou, ze gaat het gewoon halen!’ Ik voelde me als Gianni Romme. Is het een mens? Komt ze van mars? Als het Nederlands Elftal op weg naar het winnende doelpunt. Dennis Bergkamp! Dennis Bergkamp! Dennis Bergkamp! Komt dat schòòòòòòt! Inmiddels overwoog ik mijn afsprong. Zou ik een salto doen? Een flikflak? Een buiging? Nee, dat is misschien te veel van het goede. Trainer E. rende mee om het einde te kunnen filmen. Harmsen blijkt toch iets sportiefs te kunnen, dat moeten we vastleggen! Ik hing aan de laatste sport, liet me vallen en deed een ‘sassy’ sprongetje. En daarna heb ik ook gewoon nog die vrachtwagenbanden geflipt. Zo, had iemand nog wat?

En nu vermoedt trainer E. dat ik al die tijd maar deed alsof ik motorisch niet helemaal ontwikkeld ben. Dat ik al die tijd undercover a-sportief was. Dat ik dat knalrode hoofd en die ademnood fakete. Kortom, ik mag niet meer schrijven dat ik niet kan sporten.

We weten allemaal dat een beetje apenkooien me nog geen Sporty Spice maakt. Maar ik kijk tegenwoordig wel uit naar de zaterdagochtend en verheug me zelfs op de bootcamp in de Drunense Duinen volgende week. En stiekem heb ik me door collegaatje A. zelfs over laten halen om ook gisteravond nog even de Bootcamp Heavy mee te pakken.

Ik kan dus niet anders dan het toegeven: Dames en heren, ik ben een Sportbikkel.
Waar zo’n nieuw kittige sportpakje al niet goed voor is.