7 juni 2015
Het begon zo goed. Ik had weer zo’n onzekere bui, dus ik besloot om mezelf vandaag extra mooi te maken. Tevreden keek ik in de spiegel voor vertrek. Haar zat goed, ogen mooi opgemaakt, even geen bril maar lenzen en ik zag er leuk uit in de nieuwe grijze nauwsluitende rok van joggingstof en hippe witte gympies. Ja, vandaag mocht ik er best wezen van mezelf! Geen vuiltje aan de lucht.
Druk met mijn karretje en lijstje baande ik me een weg door de overbevolkte AH. Tussen het gehakt en de tomatenpuree dwaalde mijn blik af en plotseling stond mijn wereld even stil. Als ik ergens geen behoefte aan had vandaag, dan was het wel aan jou. Ik heb ooit over je geschreven:

Bij onze ontmoeting was ik nog een kind. Wat wist ik er nou van? Maar ik wilde je helpen. Zoals ik toen al de hele wereld wilde helpen. Ik was sterk en zelfverzekerd, kon het allemaal wel aan. Ik kon jou wel aan. Met gemak zelfs. Toen jij dat ook besefte wendde je fysieke methodes aan om mij te laten zien dat jij toch sterker was. Soms liep de spanning zo hoog op dat ik de pijn verkoos boven de psychische strijd. Ik heb mezelf altijd toegeschreeuwd dat het niet mijn probleem was, maar jouw probleem. Jij had beter moeten weten, maar je was het slachtoffer. Die veronderstelling gaf jou het recht mij te kleineren, vernederen en mijn wil met voeten te treden op elk mogelijk vlak. Je stopte me in een doosje en ik kon er niet meer uit.

Daar stond ik weer, als aan de grond genageld, oog in oog met jou. Plotseling voelde ik me weer 17 en werd overspoeld door een golf van pijn, vernedering en ellende. Mijn adem stokte. ‘Doorlopen Maris, hij is je energie niet waard.’ Als in een roes duwde ik mijn karretje verder en hield stil voor de kaas. Adem in, adem uit. Ik kon wel in tranen uitbarsten. Adem in, adem uit. Waarom heb ik het hier zoveel jaar later nog steeds zo moeilijk mee? Adem in door je neus, uit door je mond… Kalm nu. Hij zal me hier niets doen. Adem in, adem uit. Ik ben niet bang voor hem. Ik ben sterkeer. Adem in, adem uit.

Langzaam nam de ratio het weer over van de emotie. Ik had je recht aangekeken, maar je had het lef niet om terug te kijken. In plaats daarvan keek je weg en deed alsof je me niet zag. Je verschuilde je onder je pet en keek onrustig om je heen, angstig bijna. Zo ken ik je ook. Zoals ik altijd met opgeheven hoofd mijn toekomst tegemoet keek, keek jij altijd weg en verschuilde je achter excuses om maar geen verantwoordelijkheid te nemen voor je leven. Je kon de confrontatie met mij niet aan en dat kun je blijkbaar nog steeds niet.
En dan nog wat. Wat ben jij dik geworden! Ik zeg; Lekker dooreten! Lekker achter je computer blijven zitten. Ik gun namelijk geen enkele vrouw, of erger nog, kind wat je mij aan hebt gedaan. Als ik jou was zou ik ook gewoon de AH bezorgservice gebruiken. Lekker thuisblijven.

Ik zal wat jij hebt gedaan altijd met me meedragen. Maar het heeft me gevormd tot de sterke en verstandige vrouw die ik nu ben. Ik ga niets uit de weg. Het leven gaat me goed af en de jaren staan me goed. Kijk jij maar lekker weg. Kijk jij me maar stiekem na terwijl ik mijn toekomst tegemoet loop. Mijn welgevormde kont komt toch extra goed uit in deze rok.

Na al die jaren heb ik gewonnen.