1 januari 2015
´Maar lieverd, hoe lang is dit dan al aan de gang?’, vroeg ik. ‘Nou ja, ik weet het niet zo goed, het is de afgelopen anderhalf jaar gewoon zo gegroeid…’ ‘Al anderhalf jaar?!’, riep ik uit ‘En hoe vaak ben je daar dan?’ Ik had er namelijk nooit veel van gemerkt, dus waar haalde hij de tijd vandaan, vroeg ik me af. ‘Ja, nu wel minder vaak hoor, maar in het begin wel 4 keer in de week.’ ‘4 keer in de week?!’

Mijn lieve Niels. Leidt al anderhalf jaar een geheim dubbelleven. Daar zat ik dan met m’n goeie gedrag en een kop koffie in de hand. Achteraf vallen de puzzelstukjes wel op z’n plaats. Hoe heb ik zo naïef kunnen zijn? Natuurlijk, soms vond ik wel eens een aanwijzing in de auto dat hij er geweest was, maar ja, je gaat niet meteen van het ergste uit, hè. Dit had ik in ieder geval nooit kunnen vermoeden toen ik op oudejaarsdag voorstelde om er even samen op uit te gaan.

‘Zullen we een kop koffie halen bij de Starbucks?’, vroeg ik. Hij aarzelde geen moment en we sprongen in de auto. ‘Hoi Niels!’ Zij het meisje achter de toonbank. Ik hoorde haar alleen maar. Want ik kan daar niet over die achterlijk hoge vitrine heen kijken. Niels wel. ‘Hoi, hoe is het?’ antwoordde Niels vriendelijk. Goh leuk, dacht ik nog. Ik deed in het hotel ook altijd m’n best om de naam van de gast te onthouden. ‘Hier is je tall vanille latte hoor, Niels!’, zei een ander meisje vanachter de toonbank, waarvan ik net het knotje zag. ‘Ik zag je auto al aankomen namelijk! Dan is dan 3,75!’ ‘Nou, er komt nog iets bij hoor’, zei Niels schuchter. Gelukkig mocht ik ook nog mijn koffie verkeerd bestellen. ‘Dat heet een café latte, dan weet je dat voor de volgende keer’, zei het knotje. Oh bedankt joh. ‘En je naam is?’ ‘Marissa’, zei ik duidelijk. Ik weet dat ik goed moet articuleren, want het risico dat er Melissa of Mariska op mijn beker wordt geschreven wil je niet nemen. ‘Sorry?’, vroeg het knotje. ‘Ma-ris-sa’, zei ik nog duidelijker. ‘Oh, dan hoorde ik het toch goed.’ Oh.. Kee…

Niels rekende af en we liepen door naar de koffieafhaalplek. ‘Tall vanille latte voor Niels!’, riep een fris grietje, en Niels liep om het hoekje. ‘Oh, ben jij het?!’, riep het frisse grietje mij te enthousiast. Dus ik draaide me om bekeek de concurrentie. Ach, die kon ik hebben. Dus ik lachte hardop en herhaalde: ‘Hahaha, oh ben jij het?’, terwijl ik haar aankeek met een blik van tot-hier-en-niet-verder-tante-Truus. ‘Ja, Niels komt hier bijna elke dag, hoor’ zei tante Truus niet zo heel fris meer. ‘Jeetje schat, ik wist helemaal niets van je dubbelleven!’, zei ik. En tegen tante Truus ‘’s Avonds zit ie namelijk gewoon altijd lekker thuis bij mij!’, en ik glimlachte voldaan naar haar. Uiteindelijk kreeg ik ook mijn koffie verkeerd zonder spuug en namen we plaats in de hangstoelen.

‘Elke dag dus?’, vroeg ik hem. Natuurlijk, ik zag best weleens een kartonnen beker rondslingeren, maar elke dag? ‘Nou, niet elke dag hoor’, probeerde Niels te redden wat er te redden viel, ‘Ik ben geminderd naar 2 keer in de week. Ik vond het een beetje te gek worden.’ Nu moet mijn lief gewoon lekker een kop koffie drinken als hij dat wil. En ik snap dat Starbucks beter is dan de koffie thuis, maar frisse tante Truus zat me dwars. Ze bleef me aankijken tijdens het koffie drinken. Alsof ze zich afvroeg wat die leuke Niels met iemand als ik moest. Dat snap ik, dat vraag ik me ook regelmatig af.

Maar voorlopig zitten we lekker samen onder ons dekentje op onze turkooizen bank. Hebben we een jaar gehad met leuke ups en flinke downs, maar ‘we’re still going strong’. Saampjes.
Voor de zekerheid heb ik gisteravond toch maar mijn mooiste jurkje aangetrokken en Niels om 12 uur een lange kus en een dikke knuffel gegeven. Dat er maar geen twijfel mogelijk over ons bestaat.
En al serveert tante Truus elke dag zijn koffie in 2015, dit wordt óns jaar!