19 juni 2014
Ik ben niet op mijn mondje gevallen. Sterker nog, in Bridget Jones´ Diary hebben ze het over ´verbale diarree´. Daar heb ik dus last van. Nou, zelf heb ik er geen last van, maar laten we zeggen dat ik graag stiltes opvul. Ik ben niet zo snel onder de indruk van mensen en zeg meestal wat ik denk. Ook als het beroemde mensen betreft. Niet dat we in Arkel dagelijks over de VIPS struikelen, ook niet jaarlijks, maar zo af en toe ontmoet ook ik eens iemand mensen waar ik oprecht respect voor heb.
Zo had ik bij mijn stagehotel in Luxemburg het genoegen dat Al Pacino een maand bij ons logeerde. Toch wel één van de grootheden der aarde, maar de omgang was relaxed. En van Milow ben ik stiekem echt fan. Bij de signeersessie na zijn optreden wilde ik een knuffel voor de foto. Dat vond hij, zoals het een gereserveerde Belg betaamt, geen goed idee, want dan wilde iedereen dat. Dus, brutale Hollandse als ik ben, zei ik: ‘Luister, dit is de enige kans in je leven om een knuffel van mij te krijgen, dus grijp die kans!’ Daar trapte hij in. Ik wees aan naar welke telefoon hij moest lachen en Niels nam de foto. Die helaas zo wazig is dat je ons niet herkent, maar toch. Kortom, ik ben niet zo snel ‘star struck’.
Tot afgelopen december, op de reünie van mijn middelbare school. Ineens herkende ik haar, dacht ik. Ze lacht altijd zo sympathiek vanaf de foto in de Psychologie Magazine en nu stond ze ineens voor m’n neus, dacht ik. Ze leek er in elk geval wel op. Maar dat kan toch niet? De hoofdredacteur van mijn favoriete tijdschrift die van die leuke introotjes schrijft, kan toch niet op dezelfde school hebben gezeten als ik? Dat zou betekenen dat je na die school succesvol zou kunnen met schrijven. Dat zou betekenen dat het heel misschien in de toekomst ooit mogelijk eventueel ergens naartoe zouden kunnen gaan met die blogs van mij. Er ging van alles door mijn hoofd. Maar vooral; ‘Is ze het nou of is ze het niet?’ Ik ben eens rond gaan vragen. ‘Is dat nou…?’
Maar niemand om me heen kende haar en ze had geen badge op. Het zal haar op een bepaald moment wel zijn opgevallen dat een klein vrouwtje met zwart-witte blouse de hele tijd ‘subtiel’ haar kant op keek. Dat besefte ik me op een gegeven moment ook. Pijnlijk moment. Nog pijnlijker was het moment dat ik in de auto terug zat en haar niet heb aangesproken. Ik heb het aan zat anderen gevraagd, maar niet aan haar zelf. Het zou zo makkelijk zijn geweest; ‘Goh, kan het zijn dat jij…’ Maar nee. Juist op dit moment. Op dit moment waarop ik dé kans had om iemand te ontmoeten waar ik echt tegenop kijk. Juist op dit moment heb ik verbale obstipatie en komt er niet eens een windje uit.
Thuis checkte ik Linked-in of ik gelijk had. Ik typte haar naam in en wat stond daar? Jawel: Sterre van Leer, Opleiding 1985-1991 Gymnasium Camphusianum, Gorinchem. Ik begon mijn schoolcarriere daar pas in 1996, dus we hebben elkaar nèt gemist. Plots herinnerde ik me de spiegel die een vroegere 6e klas als afscheidscadeau aan de school heeft gegeven. Hij stond in het raam bij de conrector en alle 6e klassers hadden hun naam erop geschreven. Ik kan me er nog één van herinneren. Omdat ze zo leuk een ster had gemaakt van de letter S. Denkbeeldig volgde ik dat lijntje altijd als ik er langs liep. Ik heb het zelfs nog weleens na proberen te doen in mijn agenda. Dat lijntje, dat handschrift, die handtekening van diegene die het later zou maken met haar schrijftalent.
Degene die mijn dromen heeft omgetoverd van luchtkastelen in een eerste steentje. Dromen kan geen kwaad, toch? Wie weet waar ze toe kunnen leiden…
Recente reacties