21 mei 2018

Met een grote glimlach stap ik in de auto. Half april, het voorjaarszonnetje schijnt. Ik zet mijn zonnebril op en draai de sleutel.
Vriend J. en ik kennen elkaar vanaf de Hotelschool en hebben sindsdien altijd contact gehouden. Zo eens in het half jaar gaan we samen lunchen bij ons Utrechtse stamcafé. En steeds als ik in de auto stap naar onze lunch, heb ik een beetje het gevoel dat ik op vakantie ga.

De navigatie stel ik in op het adres van de Douwe Egberts fabriek vlakbij zijn huis. Na al die jaren weet ik namelijk nog steeds zijn adres niet, maar alleen waar zijn huis woont. Eerst kwam ik altijd een half uur te laat omdat ik verkeerd reed, maar tegenwoordig zet ik Google Maps aan. Nu kom ik nog steeds te laat, maar dan gewoon omdat ik niet op tijd vertrek. Vriend J. weet dat. Sterker nog, hij rekent erop.

Eenmaal op de snelweg grabbel ik in mijn handschoenenkastje op zoek naar een CD. Ik tref de liveopname van The Corrs. Hoe kon het anders. De muziek voert me terug naar onze epische trip naar de Franse bruiloft van ons oud-klasgenootje. Het is inmiddels een jaar of 8 geleden, maar dat weekend vergeet ik nooit. Een traditionele marriage, à la campagne tussen de ezeltjes, in een Frans dorpshuis. Het was een hele happening in dit anders zo rustige village. J. en ik waren vreemde eenden in de bijt, en tegelijk pasten we er precies tussen. Hoe later op de avond, hoe beter het Frans ging. Geheel volgens traditie arriveerden we ook hier te laat. Met als resultaat dat we het bruidspaar, direct na het Oui-woord, als aller-eersten mochten feliciteren. Tot groot ongenoegen van de overige gasten. Tot grotere hilariteit van ons.

Hij ziet me aan komen sputteren in mijn Panda met Turbo. De hedendaagse Dandy twijfelt tussen een polo of trui. Het wordt polo èn trui. We vertrekken lopend naar ons eettentje. We gaan altijd lopend. Verrassend genoeg zijn de weergoden ons vaak gunstig gezind. Met een slinkse move weten we een plaatsje in de soleil te bemachtigen. Windstil, onder de luifel. Pas als de ober er al 4 keer om heeft gevraagd en de wanhoop nabij is, kijken we voor de vorm op de kaart waarna we toch altijd hetzelfde bestellen. Maar… Mon Dieu! Ze hebben een nieuw menuconcept. Je zou denken dat ons Hotelschool-hart hiervan sneller zou kloppen, maar onze hang naar oud en vertrouwd wint. Na lang mutsen (Wat was er mis met die oude kaart??) toch maar iets nieuws gekozen. We praten, we lachen, doen een wijntje en nog één, en zien de zon langzaam om ons heen draaien. De oude geintjes, maar ook serieuze onderwerpen wisselen elkaar af. Het kan allemaal, het mag allemaal. We hebben een heel verschillende levensloop, maar weten elkaar steeds weer te vinden. Dan praten we en luisteren we. Dan vertellen we elkaar de waarheid, lachen het weg, beuren elkaar op, stellen kritische vragen en kunnen dat van elkaar hebben.

J. krijgt de echte Marissa te zien. Omdat hij de moeite ervoor neemt. Omdat hij zich niet laat afschrikken door die grote waffel, of zich om de tuin laat leiden door mijn babbeltjes. Omdat we niets aan elkaar hoeven te bewijzen. Omdat hij naar me kijkt en me ziet. Omdat hij luistert en me hoort. Omdat we houden van spot en zelfspot. Een rendez-vous met vriend J. betekent in de spiegel kijken. En ik heb zo’n vermoeden dat dat een beetje wederzijds is. Na een hele middag grappen, grollen en bekennen is de conclusie duidelijk. De volgende keer toch maar weer croquettes op brood.

Met nog vochtige ogen van de slappe lach nemen we afscheid. ‘Moeten we eigenlijk vaker doen!’ Misschien wel, maar misschien ook wel niet. Het komt zoals het komt en dat is juist het mooie. Ik voel me kilo’s lichter als ik weer achter het stuur kruip. Er is ballast verdwenen waarvan ik niet eens wist dat ik die meedroeg.

Ik heb tranen gelachen, onnozel gedaan en ben ten slotte tevreden… weer à la maison gegaan.