3 december 2014
Nou gelukkig, de knobbeltjes bleken geen kwaad in de zin te hebben. Wel zal de dokter het een en ander weghalen, maar dat is verder geen drama. Over een aantal weken volgt een kleine operatie en dan; eind goed, al goed. En zijn wel bijwerkingen. Positieve bijwerkingen wel te verstaan! Ik heb de les geleerd om dingen in het juist perspectief te zien. Maar er is nog een positieve bijwerking opgetreden…

De afgelopen maanden was ik niet mijn vrolijke zelf. Het was donker. 4 Keer per dag in tranen uitbarsten was geen uitzondering. Ik heb zelfs gehuild om Goeden Tijden Slechte Tijden. Nee, niet vanwege het sublieme acteerwerk. Het was een scène waarin iemand in coma lag en een vriendin kwam haar ziekenhuiskamer versieren. Dan was het niet zo ongezellig als ze bij zou komen. Dat vond ik zo ontzettend lief. Dus ja hoor, de sluizen gingen open!

Ik bedacht me hoe het zou zijn als ik in dat ziekenhuisbed zou liggen. Wie zou mijn kamer komen versieren? Zou überhaupt iemand mijn kamer komen versieren? Wie zou er op bezoek komen? Wie niet? En hoe lang zou het duren voordat mensen niet meer langskomen? Voordat hun leven weer verder gaat terwijl mijn leven op pauze staat? Zou ik ze kunnen horen? En wat zeggen ze tegen me? Of zouden ze niet tegen me praten? Zitten ze naast me en houden ze mijn hand vast? Zou die koud zijn en zouden ze die dan proberen op te warmen? Zou iemand zorgen dat mijn haar goed zit? Dat ik mijn roze pyjama aan heb? Zou iemand aan mijn sloffen denken? Zou de poes bij me mogen, zodat we kunnen kroelen? Rolt ze zich op tussen mijn knieën, zoals ze ’s nachts altijd doet? Geeft ze kusjes tegen mijn wang en bijt ze zachtjes in m’n neus? Zou iemand een muziekje opzetten? En wat voor muziekje dan? Zou Niels zachtjes mijn wang strelen en me een tedere kus op m’n lippen geven? Zich mijn blauwe ogen herinneren, en mijn stem? En zou hij over mijn neusje wrijven, omdat die vaak zo koud is?

Toen het zo donker was, zag ik, op een paar mensen na, helemaal niemand naast dat bed staan. Geen versieringen, geen muziekje, geen kat, haar in de war. Eenzaam. Ik begreep werkelijk niet wat mijn toegevoegde waarde was op deze wereld en voor de mensen om mij heen. Ik was ze enkel tot last met mijn lastige gedoe en neerslachtige buien. Waarom zou iemand nog energie in mij steken, als men het toch niet terugkrijgt? Als ik plotseling zou verdwijnen in een gat in de grond, zou iemand daarmee zitten? Het leek me wel een rustig idee. Zowel voor mezelf als voor de wereld.

Natuurlijk heeft de gedachte van mezelf in een ziekenhuisbed vorige week opnieuw door mijn hoofd gespookt. Alleen nu zag ik wel mensen, voelde ik medeleven. De voorgaande maanden kunnen daadwerkelijk met duisternis worden vergeleken. De mensen waren er wel, maar ik kon ze even niet zien. Maar het lichtje in mijn ogen schijnt weer, en ik zie meer en meer. Meer positiviteit , meer vertrouwen. Alsof alle boze monsters verdwijnen in het licht. Ik krijg mezelf weer terug. Weet weer te waarderen.

Knobbeltjes-gate heeft me vorige week de ogen geopend. Door alle lieve berichtjes, interesse en medeleven vanuit allerlei onverwachte hoeken, weet ik dat ik me niet meer hoef te verstoppen voor de wereld. Want de wereld heeft het beste met me voor. En voor dat besef wil ik jullie intens bedanken.