18 januari 2014.
Lieve lezer, deze blog is langer dan normaal, maar sommige mensen verdienen dat gewoon.

Mijn oma van 99 is best wel een beetje cool. Vorige week was ik jarig en was nog vergeten te bellen om te bedanken voor de financiële bijdrage. Dus vanochtend dacht ik; Weet je wat? Ik ga gewoon even langs, want mijn ouders en tante & oom zijn er ook iedere zondagochtend. Dat ik geen bekende auto zag deed nog geen belletje rinkelen. Na een blijverrast welkom vroeg ik onnozel aan oma: ‘Goh, is er verder niemand op de koffie?’ Waarop mijn oma zei: ‘Nee meisje, die komen toch altijd op zondag?’ En na enkele seconden drong het pas tot me door; Verhip, het is zaterdag. ‘Want het is toch zaterdag? ‘, vroeg oma vertwijfeld. Nu ben ik 30 geworden, maar als je oma van 99 je moet vertellen welke dag het is, voelt dat best een beetje als de twilightzone. Voor ons beiden, blijkbaar. Want zoals je van iemand van die leeftijd kunt verwachten zijn er hele heldere en soms wat minder heldere momenten en nu waren de rollen een beetje omgedraaid. De duistere ik bedacht nog dat het lollig was om oma in het ootje nemen, maar ik concludeerde dat dat niet lief was.

We waren het erover eens dat het inderdaad zaterdag was en ik gaf oma de snoepjes die ik voor haar had meegenomen. Sinds haar laatste verjaardag weten we dat ze Oud-Hollandsche zuurtjes lekker vindt. Aldus oma: ‘Valt wel mee hoor, ik neem er af en toe eentje.’ Maar in 3 weken was de kilo snoepjes helemaal opperdepop, dus we kunnen aannemen dat ze haar smaakten. ‘Kindje, dat is toch niet nodig!’. Toch grappig dat je voor oma altijd een klein meisje blijft. Oma’s horen dingen te geven aan kleinkinderen en niet andersom. Maar oma glunderde stiekem dankbaar, dus de snoepjes waren een schot in de roos.

Gezellig heb ik een kopje thee gezet en met oma aan de keukentafel gezeten. Er moest een theepot aan te pas komen en een theemuts (Voor wie dat niet kent, dat zijn twee kussens waar je de theepot tussen stopt, dan blijft ie warm. Vroeger zette ik dat ding op mijn hoofd, het heette immers een theemuts…), want dat hoort bij de thee. Ik mocht het rozenkopje met het gouden randje pakken, ‘niet die zonder schoteltje hoor’ en kreeg een antiek lepeltje. Ook al was er niets te roeren, ‘Want van suiker krijg ik een dikke kont’, zei ik. Oma moest lachen. Zei niet dat het wel meeviel. Ze lachte alleen maar.
Vervolgens heeft ze drie keer gezegd dat ik een chocolaatje moest nemen. Aangezien ik de genen van mijn vader heb, kan ik geen chocolaatje laten staan, zeker als iemand dat drie keer tegen me zegt. Of iemand nou doorheeft dat ze het drie keer zegt, of niet.

Oma zit in haar 100e levensjaar en ik besefte me vandaag dus dat ze best cool is. Ze heeft een buurjongen, Anton, een ‘jonge gozer’. Misschien is hij al 63, maar hij kan ook 19 zijn, geen idee. Als je zelf 99 bent is iemand al snel een jonge gozer. Oma belt bij Anton aan als de knop van haar gasfornuis niet goed zit. En als Anton zijn sleutel is vergeten, mag hij via het balkon van oma naar zijn eigen balkon klimmen. Dat gebeurt blijkbaar regelmatig, want oma zei nog: ‘De eerste keer kneep ik m’n ogen stevig dicht, maar nu ben ik het wel gewend.’ Geen idee wie die Anton is, maar ik vind het nu al een topvent. ‘Dat doe je als je buren bent, dan sta je voor elkaar klaar’, vindt oma. Er zijn een hoop buren die nog wat van oma kunnen leren.

Oma is ook een tikkeltje eigenwijs. Want jullie kennen mij een beetje? Nou, oma is mij in het kwadraat of misschien wel tot de 3e macht. Een aantal jaren geleden, ik geloof dat ze 93 was, wilde oma graag nog een keer op bezoek bij haar zoon in Zuid-Afrika. Dat heeft ze een paar keer aangegeven, maar de familie ging er niet op in, want het zou wel weer overwaaien. Dus op een mooie dag trok oma eropuit, liep naar het reisbureau en boekte een reis voor 3 maanden naar Zuid-Afrika. Zo jongen, ik kom naar je toe deze lente! Dat er vervolgens nog allerlei dingen bijgeboekt moesten worden omdat ze niet meer van de incheckbalie naar de gate kon lopen, laat staan met een koffer, was van latere zorg. Het ging vroeger ook, dus nu ook. En daar ging ze. Don’t mess with oma.

Vandaag kwam ook nog even mijn stage in Luxemburg ter sprake. Het was 10 jaar geleden en hoe lief iedereen daar ook voor me was, ik had last van heimwee. Ik was een paar dagen thuis geweest en moest weer terug, maar ik was verdrietig. Iedereen was aan het werk en ik wist niet wat ik moest. Toen belde ik oma. We herinneren het ons allebei nog. Oma weet heel goed wat heimwee is. Daar had ze namelijk soms ook wel last van als ze onder de bananenboom in het zonnetje zat in Zuid-Afrika. Nu was dat misschien een iets andere situatie en nu is oma af en toe wat in de war, ze heeft ook een eeuw aan ervaring. En heeft alle emoties waarschijnlijk al veel vaker meegemaakt dan jij en ik bij elkaar. Ze wist me te kalmeren en ik stapte die dag toch weer op de trein naar Luxemburg.

We weten dat het eigenlijk niet meer zo goed gaat, oma op haar flatje alleen. We maken ons zorgen of ze wel goed eet. Zo vergeet ze soms dingetjes die in de koelkast staan. De lieve hulp doet wekelijks boodschapjes en oma wil geen tafeltje-dekje. Ze kan eigenlijk geen 20 meter meer lopen, maar een rollator is voor oude mensen en niet voor oma. Sterker nog; de fysiotherapeut zou haar best kunnen helpen beter te lopen met zo’n ding, maar na de eerste fysiodate had ze zere benen en dat kon niet goed zijn. Dus toen de beste man een week later langskwam heeft ze hem kordaat de deur gewezen. ‘En je hoeft niet meer terug te komen ook.’ Dus. Maargoed, de gehaktbal die ik vandaag in de pan zag liggen zag er overheerlijk uit en zo in haar huisje lijkt ze prima op haar gemakje. We moeten maar aankijken hoe het gaat.

Oma lijkt er in elk geval niet zoveel last van te hebben. Al haalt ze de dingen af en toe een beetje door elkaar. Al geeft ze dan soms een ander daarvan de schuld. Al vertelt ze vandaag voor de 100e keer dat zij thuis ook poezen hebben gehad, dat Mieke wel 16 is geworden en dat Molly is vergiftigd. Van mij mag ze het nog 100 keer vertellen en ik zal nog 100 keer aandachtig luisteren. Ze is oud, maar ik heb haar nog. En ons gezellige thee-onderonsje van vandaag neemt niemand ons meer af.